vrijdag 28 september 2018

Vloeken

Zolang men niemand kwaad doet mag men zeggen en doen wat men wil.
Natuurlijk wil dat niet zeggen dat het om die reden ook leuk is.
Zo merk ik zelf een bijna fysieke pijn als ik hoor vloeken of een vloek lees.

Cabaretiers schelden en vloeken wat af.
Tot groot genoegen van hun snikkend van het lachen publiek.

Ik ben geen heilige hoor.
Als ik mijn kop stoot of met een hamer mijn vinger bewerk overkomt het mij ook.
Overkomt, ja.
Bewust kiezen, nee.
Het van mezelf oké vinden?
Nee.

Een krachtterm verliest bovendien zijn kracht bij gebruik in de normale spreektaak.

Olifant en totebel

Olifant en totebel.
Betekent niets,
maar rijmt wel.

Robotgedrag

Heb je geld genoeg om de boete te betalen, zonde van het geld, maar niks aan de hand.
Ben je slachtoffer van de omstandigheden en heb je het geld niet, dan start de genadeloze machine die zelfs tot zelfmoord kan drijven.
Geen punt.
De staat staat in zijn recht.
Recht is recht in Nederland.
En krom recht bestaat niet.
Wel robotten die uitvoeren wat wordt opgedragen.
En dát is vaker vertoond.
.

Hotemetoten

Ik kan me toch zo stoten.
Aan al die hotemetoten.
Die met hun mond van marsepein.
De narigheid van velen zijn.